Spring naar content

Ondersteuning door vrijwilligers leidt tot meer rust

Jansje van Middendorp deed in de afgelopen jaren onderzoek naar de effectiviteit van schuldhulp door vrijwilligers. Ze was betrokken bij AVS-partner LSTA. Onlangs promoveerde Jansje op haar onderzoek. We spraken haar over de rol van vrijwilligers en coördinatoren.

Voor ze begon met haar onderzoek werd Jansje zelf vrijwilliger bij Forte Welzijn in de gemeente Overbetuwe. Ze ondersteunt mensen met administratieve of financiële problemen. Jansje vertelt dat ze het belangrijk vindt om zelf te ervaren hoe het is om vrijwilliger te zijn en waar een vrijwilliger tegenaan loopt. Nog steeds is ze met plezier actief als vrijwilliger.

Belangrijkste uitkomsten

Uit Jansjes onderzoek wordt duidelijk hoe cruciaal de rol van de vrijwilligerscoördinatoren is. Zij zien hoe ook complexe hulpvragen bij vrijwilligers terechtkomen. Om te zorgen dat mensen de juiste ondersteuning krijgen, werken vrijwilligers en beroepskrachten samen. De coördinator is degene die de grenzen van de vrijwillige inzet bewaakt en met beroepskrachten afstemt over de samenwerking. Er is meer duidelijkheid nodig in de keten over wat een vrijwilliger wel kan bieden en wat niet. Jansje ziet hier een rol voor de coördinator èn gemeenten, zij voeren regie over de gehele keten, en kunnen de samenwerking faciliteren door de (financiële) voorwaarden te scheppen. Vrijwilligersorganisaties en beroepsorganisaties stemmen vervolgens af wanneer en onder welke omstandigheden ze doorverwijzen naar elkaar.

Jansje ontdekte dat ondersteuning door vrijwilligers bij sommige doelgroepen beter aansluit dan bij andere. Deze eerste resultaten vragen om verder onderzoek van dit thema.

‘Er kan sprak zijn van een mismatch tussen hulpvrager en vrijwilliger. Het is daarnaast goed om uit te vragen bij de verschillende doelgroepen welke ondersteuning goed werkt. Bied meer dan een standaard aanbod van ondersteuning. Kijk wat past bij de doelgroep. Voor sommige mensen werkt het aanreiken van tools of aanleren van vaardigheden minder goed. Tijdelijk overnemen kan goed zijn in bepaalde situaties.’

Om goed aan te sluiten bij mensen met een biculturele achtergrond, is blijvende aandacht nodig voor cultuursensitief werken, zowel bij vrijwilligers als bij beroepskrachten. De e-learning Cultuursensitief handelen die AVS hiervoor heeft ontwikkeld biedt een eerste kennismaking en bewustwording. Daarna komt het vooral aan op het blijven toepassen van het geleerde.

Uit onderzoek kwam naar voren dat zo’n 25% van de mensen die beginnen aan een ondersteuningstraject vroegtijdig uitvalt. Van de vrijwilligers die ze sprak, hoorde Jansje dat deze uitval soms samenhangt met complexe levensgebeurtenissen. De hulpvrager heeft geen tijd en ruimte voor financiële ondersteuning, terwijl dat juist nodig is. Het doel van de ondersteuning is bij uitval nog niet bereikt.

Jansje licht toe:

‘Uitval kan samenhangen met de houding van een vrijwilliger die de hulpvrager te veel wil sturen, ongevraagd adviseert of oordeelt. Het zou goed zijn wanneer een organisatie een exitgesprek voert met de hulpvrager. Weten waarom iemand uitvalt kan handvatten geven om dit voortaan te voorkomen. Het is belangrijk dat vrijwilligers weten dat ze weerstand kunnen verwachten. Blijf in je toerusting van vrijwilligers aandacht geven aan motiverende gesprekstechnieken.’ (Zie ook: Motivatie en gedragsverandering)

Nazorg

Jansje stelt dat er vermoedelijk veel terugval is na afronding van het ondersteuningstraject. ‘Maak het eenvoudig voor een hulpvrager om terug te komen als het bijhouden van de administratie versloft. Wijs hulpvragers actief op je inloopspreekuur. Nazorg is een vorm van preventie. Langdurige ondersteuning is vaak niet mogelijk, daarvoor is meer aandacht nodig bij gemeenten.’

Laat meer zien wat je doet

Uit het onderzoek blijkt dat het doorlopen van een traject leidt tot verbetering van de situatie. De ernst van de financiële problemen vermindert. Er is meer rust, want er komen bijvoorbeeld minder aanmaningen binnen. De hulpvrager voelt zich zekerder over de eigen situatie. De financiële vaardigheden nemen toe, net als het zelfvertrouwen daarover. De ondersteuning door vrijwilligers draagt hieraan bij.

‘Laat als vrijwilligersorganisatie zien wat je doet en wat het effect is. Vrijwilligersorganisaties zijn soms te bescheiden. Treed naar buiten in de gemeentelijke nieuwsbrief, de lokale krant of sociale media. Interview oud-cliënten. Als een traject eenmaal is afgerond, zijn mensen best bereid hun ervaringen te delen. Deze succesverhalen motiveren je vrijwilligers en zijn reclame voor nieuwe hulpzoekers en nieuwe vrijwilligers. En het is goed om zo aan de gemeente te tonen welke bijdrage vrijwilligers leveren,’ stelt Jansje tot slot.

Leestips

Roeland van Geuns e.a. (2021), Van schulden naar kansen: weten wat werkt.

Schuldhulpverlening door vrijwilligers, wat werkt? – Sociale Vraagstukken

Een lot opzeggen – Jansje van Middendorp

Op haar website deelt Jansje haar ervaringen als vrijwilliger in heldere, toegankelijk geschreven blogs. Hier is ook haar proefschrift te downloaden.

Scroll naar boven